Witte kom met deksel en langs de rand en op de bodem decoraties in zwart en goud. Een Chine de Commande porseleinen witte dekselkom met op de buitenzijde een in 'Encre de Chine' aangebrachte Europese voorstelling van de godin Juno (Hera), de godin van het huwelijk. Gedecoreerd in encre de Chine en goud met een centraal tafereel van een gekroonde figuur zittend op een wolk naast een pauw, die een scepter en krans vasthoudt. Op de rand een rand van pauwen en panelen omzoomd met bandwerk, bloemenfestoenen en foliate-scrolls naar een vroeg 18e eeuws laub- und bandelwerk Weens ontwerp; het theekopje is op dezelfde manier versierd met hetzelfde tafereel op de bodem.
De Griekse godin Hera, de Koningin van de Hemel genoemd, was een machtige koningin in haar eigen recht, lang voor haar huwelijk met Zeus, de machtige koning van de Olympische goden. De godin Hera heerste over de hemelen en de aarde, verantwoordelijk voor elk aspect van het bestaan, inclusief de seizoenen en het weer. Zij werd ook vereerd als de Romeinse godin Juno, echtgenote van Jupiter; de maand juni is naar haar vernoemd. Het is mede op grond van Hera's grote schoonheid, en vooral haar mooie. grote ogen, dat zij in verband wordt gebracht met de pauw met zijn iriserende veren die "ogen" hebben. De pauw symboliseert haar luxe, schoonheid en onsterfelijkheid. De godin Hera zegende en beschermde het huwelijk van een vrouw, bracht haar vruchtbaarheid, beschermde haar kinderen, en hielp haar financiële zekerheid te vinden. Hera was, in het kort, een complete vrouw, die zowel privé- als publieke zaken overzag. (goddessgift.com)
De bron van het ontwerp is een gravure van Claude Audran III (1658-1734) als onderdeel van een serie waarin verschillende Olympische goden en godinnen de maanden van het jaar uitbeelden, Hera/Juno symboliseert juni. (Hervouët 1986, p.296), (Litzenburg 2003, p.190)
In 1722 meldde Père d'Entrecolles dat de Chinezen experimenteerden met het schilderen in zwart, tot nu toe zonder succes. Zwarte of schwarzlot, decoratie, was toen ook net in ontwikkeling in Europa, en in feite bracht de Duitse Hausmaler het vooral aan op in het wit geïmporteerde Chinezen, eerder dan op vaatwerk van de pas opgerichte fabriek in Meissen. Het moeten deze hybriden zijn geweest die ten tijde van de brief van Père d'Entrecolle naar Canton werden teruggestuurd om te worden geïmiteerd, maar de perfectie van de techniek en de vertaling ervan in commercieel exportporselein kwamen pas later, onder de directe invloed van de periode Du Paquier (1719-1744). Uniek voor de Weense porseleinfabriek Du Paquier was de rand van het laub- en bandelwerk, gebaseerd op twee series gravures van Paul Decker (d.1713). De essentiële elementen ervan, die voortdurend werden gewijzigd en gevarieerd, waren bandwerk, palmetten, cartouches met traliewerk en bladerranken, gecombineerd tot een ritmisch patroon van barokke formaliteit. Andere China Trade versies van de laub- en bandelwerk rand, zoals de meer gebruikelijke met de toevoeging van pauwen en met panelen van quilten in plaats van trellis- of schubwerk, zijn verder verwijderd van hun Weense fabriek prototypes, en zijn misschien afgeleid van Hausmaler varianten. (Corbeiller 1974, pp.68-69)