Titel                                     Groninga, opulenta, populosa (……..)

Jaartal                                 1575

Maker / uitgever               Georg Braun en Franz Hogenberg

Gebied                                 Stad Groningen

Techniek                             Kopergravure, gekleurd

Maten                                  32,5 x 44 cm

Verso                                   Groningen, Latijnse tekst, pag. nr. 31

Deze vogelvluchtkaart  komt  uit het tweede deel van de stedenatlas Civitates Orbis Terrarum van Braun en Hogenberg. Het is de oudste gedrukte kaart van de stad Groningen.

We noemen het  een vogelvluchtkaart en geen plattegrond, omdat de gebouwen in opstand zijn getekend. We zien de stad als het ware vanuit het standpunt van een hoog vliegende vogel.

Groningen heeft hier de omvang van de late middeleeuwen.  Deze was vooral in de jaren 1469 tot 1471 tot stand gekomen, met nog een uitbreiding aan de zuidzijde. De zestiende eeuw kende veel onrust en er werd steeds gewerkt aan de verbetering van de vestingwerken. Op deze kaart zien we dan ook een zwaar versterkte stad, met wallen, muren, dwingers en poorten.

Het meest opvallende element ligt rechts op de voorgrond: aan de zuidkant trekt een vijfhoekige citadel de aandacht. Alva werd in 1567 landvoogd van de Nederlanden en oefende een schrikbewind uit in het opstandige gebied. In 1568 kwam hij naar het Noorden om orde op zaken te stellen. De stad Groningen moest haar sleutels afstaan en de wapens inleveren. Alva gaf opdracht voor de bouw van een citadel.  De Spanjaarden wilden van hieruit de stad Groningen beheersen. Deze “dwangburcht” lag tussen de Herepoort en de Oosterpoort, ongeveer op de plek van het huidige Hereplein. Het opschrift op de kaart (binnen de muren van de burcht)  luidt: Arx Nova (nieuwe burcht).

Uitgebreide informatie

De bouw van de opgedrongen citadel moest door de burgers van Groningen betaald worden. Het kostte ze ruim 100.000 gulden. Ook de kosten van de bezetting met huursoldaten van Duitse en Waalse afkomst kwam voor rekening van de Groningers. Het gehate kasteel was echter nog niet eens afgebouwd, toen het alweer werd afgebroken. Nadat de impopulaire stadhouder Caspar de Robles in 1576 door zijn eigen muitende soldaten gevangen was genomen, trokken in 1577 de bezetters (de Waalse troepen) uit de stad weg.

Schuitema Meijer (1974, p.55) schrijft hierover:  Het was bij die gelegenheid dat de Groningers pikvaten op de bovenste transen van de Martini plaatsten en bij wijze van vuurwerk lieten branden om toch maar vooral de afmarcherende vendels te tonen hoe blij men was; welk vreugdevertoon evenwel tot brand in de toren aanleiding af. De wegtrekkende soldaten zullen wel met veel leedvermaak hebben gezien hoe de Groningers hun dierbare toren door eigen schuld ten dele vernielden.

Het gehate fort van Alva werd ontmanteld en met de grond gelijk gemaakt. Men herbouwde de stadswal, waarbinnen een deel van de gracht van de citadel van Alva nog bewaard bleef. Twintig jaar lang werd dit door de burgers gebruikt als vuilstort. Bij archeologische opgravingen in 2006 vond men in deze oude gracht onder meer talloze kledingresten, vooral afkomstig van kleermakers en naaisters. Hierdoor is nu veel meer bekend over de kleding van de gewone burger in de stad Groningen.

Een andere prent in de collectie, JMD-T-313 van Huberti,  laat de opvolger van Alva’s kasteel zien. Groningen raakte in 1600 in conflict met de Staten-Generaal, omdat de stad weigerde om de “generale middelen” (landelijke belastingen) in te voeren. De Staten gingen vervolgens een dwangburcht bouwen om de stad te kunnen aanpakken. Deze vijfhoekige citadel was ter hoogte van de Oosterpoort gesitueerd, direct oostelijk van het vroegere kasteel van Alva. Aan dit Statenkasteel (op de prent met het opschrift Het Tuchthuijs) hoefden de Groningers zich maar zes jaar te ergeren. Het werd in 1606 alweer afgebroken.

Het enigszins verongelijkte onderschrift van de prent luidt: Conterfeytsel van de Stadt Groeninghen met het Casteel dat de gheunierde Staten daer hebben doen maken int Iaer 1600. teghen heur beloofte en ghesworen eedt aen die vande voirs. Stadt ghedaen.

Op de Duitse prent van Caspar Merian Gröningen  (JMD-T-318) is de citadel in een aanzicht opgenomen. Vanuit een rustige landelijke omgeving kijken we naar het robuuste vijfhoekige bouwwerk dat de vestingstad Groningen domineert.